No dig: duurzamer tuinieren
Natuurstad start een proef met de No dig methode. Een methode om op een duurzame manier te tuinieren, waarbij de bodem zoveel mogelijk met rust wordt gelaten. Waarom Natuurstad dit doet, wat het precies inhoudt en wat het oplevert, vertellen Arko van de Lugt, Coördinator Tuinen, en Arigje Breevaart, Medewerker Educatie. Twee medewerkers met hart voor een levende bodem.
“De tuinen van Natuurstad hebben problemen met de waterhuishouding omdat er gewoeld is en vanwege de klimaatverandering. De forse buien afgewisseld met de langere periodes van droogte zorgen ervoor dat de grond het water niet goed kan verwerken. Bovendien heeft de grond hierdoor een latent zuurstofgebrek. Conclusie: de kwaliteit van de bodem wordt steeds minder, en het tuinieren, zoals we dat altijd hebben gedaan, wordt ieder jaar lastiger. Omdat verplaatsen van de tuinen naar een andere locatie niet mogelijk is, moesten we met een verbeterplan komen”, vertelt Arko.
Bodemleven doet het werk
Arigje had in haar vorige baan op de schooltuinen bij de gemeente Amsterdam al ervaring opgedaan met de No dig methode. En Arko komt uit de ‘bodemhoek’. Een ideale combinatie voor de proef met No dig, die in januari is gestart en meerdere jaren duurt.
Arigje vertelt wat No dig inhoudt: “Er wordt gewerkt met een indeling van vaste bedden en paden. Op de bedding breng je een dikke laag compost aan. Dat ligt er dan als een soort doek overheen. Vervolgens laat je het bodemleven het werk doen. De dieren pendelen heen en weer tussen de verschillende bodemlagen. Ze zorgen ervoor dat de bodemstructuur verbetert waardoor er zuurstof in de grond kan. Door geen machines te gebruiken, blijven de schimmelnetwerken in tact en kan het bodemleven floreren. Het bodemleven - de micro-organismen - zorgt ervoor dat de voedingsstoffen beter opgenomen kunnen worden door de planten, waardoor de planten dus beter kunnen groeien.”
“Aan het begin van het eerste jaar begin je met grond met daarop een hele dikke laag compost. In de loop van het jaar vormt de bodem zich. Het duurt zo’n vier jaar voordat dit helemaal is gebeurd. Het enige dat je dan nog moet doen, is jaarlijks een dunne laag compost aan te brengen.”
Betere waterhuishouding
Arko: “Door te kiezen voor No dig dragen we bij aan de klimaatadaptie van de stad. De compostlaag ligt los en bestaat puur uit organisch materiaal. De grond slaat dus niet dicht bij harde slagregens. Hij werkt als een spons én als een buffer voor de onderliggende bodem. Zo voorkomen we ook dat de grond uitdroogt als het lang warm is.”
Het hele jaar door tuinieren
No dig heeft nog meer voordelen. Arko en Arigje noemen onder andere dat er minder onkruid opkomt. Dat komt doordat de bodem waar de zaden in zitten, bedekt is met een laag compost - er hoeft dus minder gewied te worden. Ook wordt het mogelijk om het hele jaar door te tuinieren. Dit betekent dat er voor Natuurstad meer mogelijkheden ontstaan voor Educatie en de verhuur van tuinen.
Proeftuinen
De Tamarinde in Overschie en Valkenburgsingel in de Beverwaard schakelen volledig over op No dig. De andere tuinen hebben allemaal een proefstukje grond. “Eind januari begint het uitrijden van de compost”, meldt Arko. “Dat doen we zelf met kruiwagens - 1600 kruiwagens per tuin - omdat machines te zwaar zijn, die duwen de onderliggende bodem dicht. En dan begint de proef. We houden het proces goed in de gaten, iedere twee maanden geven we een terugkoppeling. Het zou mooi zijn als de proef slaagt. Want het is niet alleen duurzamer, het is ook gewoon fijner om in deze nieuwe grond te tuinieren.”