Winter bij Natuurstad

Natuur in de winter

Op het eerste gezicht lijkt er in de natuur in de winter niet zoveel te gebeuren. De bomen zijn kaal en de tuin is leeg. Maar niets is minder waar. De natuur is zich volop aan het voorbereiden op de lente. Wist je bijvoorbeeld dat er nu veel dieren drachtig zijn? Dierenverzorger Marianne, Medewerker Educatie Arigje en Tuinvrouw Judith van Natuurstadlocatie De Wilgenhof geven uitleg.

De Wilgenhof in de winter

Dieren in de winter

Marianne werkt al twintig jaar op de Rotterdamse kinderboerderijen, die sinds 2019 bij Natuurstad Rotterdam horen. Vijf jaar geleden is ze weer op De Wilgenhof komen werken, waar ze zelf als klein kind al kwam. Hier verzorgt ze de koeien, varkens, paarden, schapen, geiten, kippen, konijnen, cavia’s en pauwen. Én de kat. Bijzonder aan De Wilgenhof is de knuffelwei waar bezoekers zelf de schapen en geiten mogen borstelen, aaien en natuurlijk knuffelen.

Dierverzorger Marianne van Zoelen werkt al 20 jaar op de Rotterdamse Kinderboerderijen
Marianne van Zoelen werkt al twintig jaar op de Rotterdamse kinderboerderijen.

Dieren hebben het niet koud

Volgens Marianne is de winterperiode goed af te lezen aan de vacht van de dieren: “De schapen worden in het begin van de zomer geschoren en in de winter is de vacht het dikst.” Ook de koeien, dwerggeiten en konijnen hebben een dikkere vacht. Hierdoor hebben ze het niet koud. Ze kunnen in de winter gewoon buiten staan. “Bezoekers vragen regelmatig waarom de koeien nu niet in de wei staan: ‘Het is zeker te koud?’ Maar dat is niet de reden. Het land is veel te nat waardoor het gras beschadigt en de dieren problemen aan hun hoeven kunnen krijgen.” Het zal niet lang duren voordat de dieren hun vacht weer loslaten. Marianne legt uit: “Na de langste nacht van het jaar gaan dieren over naar hun zomervacht. De dikke vacht die ze hebben opgebouwd, valt dan uit. Bij de paarden zie je goed dat ze hun haren verliezen als je door hun vacht woelt.”

Dieren hebben het niet koud in de winter
In de winter is de vacht het dikst.

Zie je de buikjes?

Een aantal dieren op de kinderboerderij hebben beginnende buikjes. Ze zijn drachtig, zoals het heet als dieren ‘zwanger’ zijn. Op De Wilgenhof zijn nu een aantal dieren drachtig: een paar dwerggeiten, melkgeiten en schapen. En éen van de twee koeien, die krijgt in maart een kalfje. Marianne: “Je herkent de drachtige dieren niet alleen aan de buikjes maar ook aan de uier. Daaraan zie je goed het verschil tussen een koe die al eerder gekalfd heeft en een koe die nog nooit een kalfje heeft gekregen.” Vanaf maart ga je de eerste sporen van de lente zien, dan worden de jonge dieren geboren.

Aan de buikjes zie je dat de dieren drachtig zijn.
Aan de buikjes zie je dat de dieren drachtig zijn.

De tuin in de winter

Judith is Tuinvrouw bij De Wilgenhof. Ze legt uit dat de winterrust hard nodig is voor de natuur. De natuur kan zich herstellen en voorbereiden op de lente. Bomen stoppen bijvoorbeeld de sapstromen: “Normaal zorgen sapstromen ervoor dat voedingsstoffen worden verplaatst, net als bij ons bloed. In aanloop naar de winter komen de sapstromen tot rust en laten sommige bomen de blaadjes vallen om zo min mogelijk energie te verliezen.”

Tuinvrouw Judith van Poederooijen
Tuinvrouw Judith van Poederooijen

Sommige bomen en heesters bloeien juist in de winter: “Ik zie winterbloeiers volop bloeien zoals de kerstroos, de hazelaar en een sneeuwbal. Hoewel het vroeg in het jaar is, kun je ook al het loof zien van voorjaarsbloeiers zoals krokussen en narcissen.”

De kerstroos bloeit van januari t/m april. 
De kerstroos bloeit van januari t/m april​​​​.

Tuinmansvriend

Ook voor de grond is deze rustperiode belangrijk. Einde zomer wordt de meeste oogst van het land gehaald en het najaar is de tijd om voeding terug te geven. Volgens Judith is er niets beter om terug te geven dan compost. Op De Wilgenhof zie je daarom een bed van herfstbladeren aangebracht op de grond. Dat is goed voor de wormen en al het andere bodemleven. Sommige wintervogels weten dit maar al te goed, vertelt Judith: “Roodborstjes worden ook wel de tuinmansvriend genoemd. Als ik hier op de tuin bezig ben dan huppen ze met me mee want ze weten dat mijn gewoel in de aarde wormpjes en insecten oplevert.”

Hoewel de natuur in rust is, zijn de kleuren en vormen van de knoppen al gevormd. “Veel mensen weten dit niet”, vertelt Judith, “maar als je goed kijkt, zie je aan de knoppen van de bomen en struiken al wat het gaat worden deze lente.”

Links knoppen van de meidoorn, prachtig groen en bruin. Midden en rechts knoppen van katjes van de Els. Prachtig paarskleurig.
Links knoppen van de meidoorn, prachtig groen en bruin. Midden en rechts knoppen van katjes van de Els. Prachtig paarskleurig.

Boerenkool heeft vorst nodig

Hoewel er weinig groente groeit in de winter, is het niet helemaal leeg in de tuin. Er staat nog prei, palmkool en boerenkool. Judith: “Hopelijk gaat het nog flink vriezen deze winter want de vorst is voor veel planten goed. Het maakt de boerenkool knapperig. Voor sommige bloembollen is de vorst zelfs essentieel om te kunnen groeien.”

Medewerker Educatie Arigje vult aan: “Wintergewassen zoals boerenkool kunnen de vorst heel erg goed verdragen. Soms wordt groente zelfs lekkerder als de vorst erover is geweest. Zo worden de bladeren van de boerenkool, maar ook de spruitjes minder bitter.”

Wintergroente

Voorbeelden van andere groenten die je in de winter nog op de tuin zou kunnen laten staan zijn bieten, wortelen en knolselderij. Ook zij kunnen goed tegen de vorst. “Dat komt omdat het tweejarige planten zijn”, legt Arigje uit: “Deze groenten groeien het eerste jaar en slaan reservevoedsel op in de wortel. Na de winter, in het tweede jaar, wordt dit reservevoedsel gebruikt om te bloeien. Maar wij oogsten deze groenten al in het eerste jaar wanneer ze groot genoeg zijn.”

Er zijn ook groenten die je na het oogsten lang kan bewaren. “Denk aan aardappelen en uien. Zij hebben een beschermende schil waardoor ze, wanneer je ze koel en donker bewaard, na enkele weken nog steeds lekker zijn.”

Bieten, wortelen en knolselderij kunnen ook goed tegen de vorst.
Bieten, wortelen en knolselderij kunnen namelijk ook goed tegen de vorst. “Dat komt omdat het tweejarige planten zijn”, legt Arigje uit.

Wintergasten

Ondanks de rust in de winter is er volgens Arigje genoeg te leren over de natuur: “Omdat de bomen kaal zijn, zie je bijvoorbeeld de vogels nu juist extra goed.” Er zijn nu veel wintergasten: “Enkele roodborstjes bijvoorbeeld, zij komen uit het koude noorden. Ze overwinteren in Nederland want hier is de temperatuur nog aangenaam.” Andere wintergasten zijn de koperwiek en de keep. Kortom: genoeg te ontdekken in de winter: “Ga dus vooral naar buiten!”